Het plan omvat de verbouw van een boerderij langs het Zwarte Water in Zwolle.
De immense afmetingen van de deel én specifieke wensen in PvE van opdrachtgever (woonkamer op kop met zicht op rivier, voorhuis (met karakteristieke entree) handhaven en inpassen als ‘huis voor de kinderen’’ ) waren dermate met elkaar in conflict, dat er geen kwalitatief goede woning te realiseren viel mét een menselijke schaal en zónder eindeloze gangen.
De oplossing is gevonden in het inkorten van de deel ( +/- 7 meter), zodanig dat dit constructief oplosbaar was met de bestaande karakteristieke gebinten én zodanig dat in massa nog een verhoudingsgewijs reële noklengte zou resteren. De bijzondere aansluiting van het plafond op de kap zorgt voor een fraaie ruimtelijke werking. Samen met de robuustheid van de in het zicht gelaten gebintconstructie, zorgt dit overal in de woning voor de herkenbaarheid en verwijzing naar de oorspronkelijke functie van de boerderij.